Aussie II - campusleven en huisvesting
16 januari - Het is zaterdagavond. Dat betekent dat ik nu 4 dagen in Australië ben. De tijd gaat zo snel dat ik me bijna niet kan voorstellen dat ik er al zolang ben. Aan de andere kant is er al zoveel gebeurd en heb ik al zoveel nieuwe indrukken opgedaan dat het voelt alsof ik hier al minstens een maand ben. Ik heb jullie echter nog niet eens beschreven hoe de campus eruit ziet. Het is dus duidelijk dat ik er echt nog niet zo lang ben.
Waurn Ponds Campus - vervolg
Mijn vorige verhaal eindigde bij het kleine kamertje, nummer 014 op de derde etage van de Collins unit. Inmiddels ben ik erachter dat het formaat van de kamer best meevalt en er goed in te leven is. Uiteindelijk hoef ik er alleen maar in te slapen en wat achter mijn bureau kunnen werken. De rest van de tijd zit ik in de gemeenschappelijke ruimte, die ik voornamelijk deel met mijn buurman John uit Ierland, Bill uit Rusland, Ebana uit Gana en een jongen uit India van wie ik de naam niet kan onthouden. Een gezellig en gevarieerd gezelschap dus, zeker als je deze Nederlander daar nog bij optelt. John is net gestart met een PhD project bij David Roshier in dezelfde onderzoeksgroep als waar ik zit en deelt mijn passie voor vogels en fotografie. Een mooie match dus en we zijn er al 2 keer na het eten opuit geweest om vogels te kijken en te fotograferen. De eerste resultaten staan, zoals jullie allemaal ongetwijfeld allang gezien hebben, op www.pbase.com/kleyheeg.
Wijnen in koude streken
Naast het wonen moet ik natuurlijk ook werken op de campus. Nadat Marcel mij woensdag een rondleiding had gegeven over de campus, ben ik donderdag aan de slag gegaan in ons kantoortje. Vanwege een renovatie van de normale kantoorruimtes zijn wij momenteel gehuisvest in de voormalige ‘winery', waar voorheen onderzoek werd gedaan naar de productie van wijn in koude streken. Gelukkig voor ons is dit project finaal mislukt en kunnen wij nu deze ruimte gebruiken. De ruimte is weinig meer dan een enorme loods met daarin een klein rustig kantoortje waar prima te werken valt. Voor de toekomstplannen van de onderzoeksgroep zou het geweldig zijn als we deze ruimte permanent zouden kunnen gebruiken. We hebben namelijk een hele hoop materiaal ergens neer te zetten, zoals de gloednieuwe jeep met enorme laadruimte die David Roshier eergisteren voor zijn project heeft aangeschaft. Een prachtige wagen die erg geschikt is voor een ritje de woestijn in. Echt op z'n Australisch, je zou ‘m moeten zien...
Resi-shopping en verhuizen
Wat mijn kamer betreft kreeg ik gisteren te horen dat er na de zomervakantie, die hier duurt tot 1 februari, voor 90% eerstejaars studenten zullen verblijven in ‘mijn' gebouw. Kasia Quail, met wie ik vanuit Nederland al contact had over mijn huisvesting, veronderstelde dat ik me daar waarschijnlijk verschrikkelijk aan zou gaan ergeren (hoe wist ze dat?!). Om dat te voorkomen stelde ze voor dat ik aan het einde van de maand verhuis naar een ander gebouw met allemaal ‘ouderejaars', zoals we dat noemen. Een prima idee wat mij betreft, ik zou er zelfs qua ruimte op vooruit gaan. Zo voorkom ik hopelijk bovendien het hier beruchte ‘resi-shopping' (resi van residences, de bewoners van een studentengebouw). Resi-shopping houdt in dat andere studenten in de keuken gaan zoeken naar spullen die ze kunnen gebruiken, maar die niet van hun zijn, om die vervolgens te jatten. Mijn buurman John is de afgelopen dagen al diverse dingen kwijt geraakt op die manier. Het is zelfs zo dat je het beste een slotje kunt zetten op je keukenkastje. Marcel kaartte overigens nog aan dat ik waarschijnlijk veel goedkoper een kamer kan krijgen in de buurt van de campus (maar er niet op), zodat ik wat geld overhoud voor andere dingen. Het is de overweging waard.
Vogels op de campus
Het onderwerp vogels is iets dat onvermijdelijk terugkomt in mijn reisverhalen. Voor hen die daarin minder geïnteresseerd zijn zet ik het onder een apart kopje, zodat jullie het desgewenst makkelijk kunnen overslaan. Vogels op de campus dus deze keer, want waar ik ook ben, er zijn altijd vogels die de moeite waard zijn om te bekijken. De Waurn Ponds Campus is een behoorlijk uitgestrekt gebied met veel groen, dus er zijn behoorlijk veel vogels te zien. Zoals ik al eerder schreef heb ik met John al twee keer na het avondeten een rondje gelopen over de campus op zoek naar vogels. De naam Waurn Ponds geeft al aan dat er water is op de campus en dat trekt in een droog land als Australië natuurlijk veel vogels aan. Inmiddels staat mijn ‘campuslijst' boven de 30 verschillende soorten. De Superb Fairywrens die voor mij enkele dagen terug nog nieuw waren, zijn hier alom vertegenwoordigd en ik wacht mijn kans af tot ik er een mooie foto van kan maken. Wat echter nog veel algemener is, is de New Holland Honeyeater, een prachtig klein vogeltje met een zwart-witte tekening en een gele band over de vleugel. Deze vrij luidruchtige en agressieve vogels zie je werkelijk overal op de campus, soms achterna gezeten door de veel grotere en nog agressievere Red Wattlebirds. Op het water van de Waurn Ponds zitten Wood Ducks en Pacific Black Ducks, langs de waterkant lopen Australian Ibises, Little Black and Little Pied Cormorants, White-faced Herons en ga zo maar door. Overal tussen de gebouwen lopen Australian Magpies, Willie Wagtails en Magpie-Larks op het gras. Wat echter de meest interessante plek is, zijn de ponds helemaal achterop de campus, omdat daar bijna nooit iemand komt. Hier broeden bijvoorbeeld Australian Grebes, een soort Dodaarsjes (futen), open en bloot op een hoopje takjes en waterplanten op het water en vinden veel meer andere vogels een rustig plekje. Het was ook hier dat we een Horsefields Bronze Cuckoo tegenkwamen, een soort koekoek, maar dan van het formaat Spreeuw. Spreeuwen zijn er overigens ook in overvloed, net als Huismussen, Putters en Groenlingen. De meest aansprekende vogels op de campus zijn waarschijnlijk de papegaai-achtigen. Galahs, ofwel Roze Kaketoes, zijn met hun onwerkelijke kleur een bijzonder gezicht, maar desondanks een van de meest algemene soorten op deze plek. Leuker zijn bijvoorbeeld de Eastern Rosellas, die veel kleurrijker zijn dan de Galahs. Wat ik zelf echter het leukst vond waren de Purple-crowned Lorikeets, maar dat is vooral omdat ik die nog nooit eerder had gezien. Deze groene parkietjes met een rode ondervleugel en voorhoofd, oranje wang en paarse kruin zijn erg lastig te zien omdat ze meestal op een ongelofelijke snelheid overvliegen en zodra ze in de bomen zitten - altijd in het uiterste topje - kan je ze niet meer vinden omdat ze zo groen zijn. Gelukkig lukte dat één keer wél, en dat was genoeg om de soort vast te stellen.
Marcel officieel Australiër
Het was vandaag zaterdag, de eerste dag van mijn eerste weekend hier. Marcel belde me vanochtend op om te vragen of ik het leuk vond als hij me zou komen ophalen. Dan zouden we daarna met zijn allen een barbecue gaan kopen. Dat vond ik een zeer aantrekkelijk aanbod, dus ik ben met Marcel, Richtje en twee van de kids een barbecue gaan uitzoeken. Het is een hele mooie geworden en toen Marcel en ik hem 's middags samen hadden opgebouwd kon Marcel zich eindelijk officieel tot het barbecuevolk, ofwel de Australiërs voegen. Geen Australiër zonder barbecue is hier de regel en het monsterlijke apparaat werd direct ingewijd met een heerlijk stuk kangaroe. Heerlijk vlees! Hadden we afgelopen woensdag nog bij David en zijn van oorsprong Nederlandse vrouw gebarbecued, nu was het aan de familie Klaassen om de rollen om te draaien. Zo gezegd, zo gedaan en het werd weer een bijzonder gezellige avond met prachtige verhalen over de extreme temperatuursverschillen in deze streek, overleven in de woestijn en dergelijke. Uiteraard onder het genot van een biertje en een wijntje. Het duurde niet lang voordat ik voor de tweede keer in een paar dagen werd uitgenodigd om mee te gaan de woestijn in om eenden te gaan vangen (die daar in tijdelijke wetlands zitten). De opties voor deze uitstekende kans op een onvergetelijke ervaring worden in overweging genomen. To be continued!
Hier en nu
Vannacht maak ik dus wederom gebruik van Marcels en Richtjes warme gastvrijheid door te blijven slapen in Torquay. De weersverwachting is niet erg positief voor morgen, dus ik weet nog niet wat er op de planning staat. Niet dat het erg is dat er morgen weinig zon zou zijn, want ik ben vandaag op het strand voor het eerst licht aangebrand. Vooral mijn wangen zijn zo rood als tomaten en ondanks dat ik hem had ingesmeerd met zonnebrandcrème is mijn nek ook aan de beurt geweest vandaag. Maarja, dat was niet bepaald een verrassing met het oog op mijn bleke Nederlandse winterhuidje.
Morgen
Wind, regen, zon, duizenden pijlstormvogels en veel meer: voor het volgende reisverhaal!
Reacties
Reacties
Hoi Erik,
leuk om de belevenissen van een inmiddels rode, kangoeroe etende nederlandese siberische strandloper onderzoeker te kunnen volgen. Mooie verhalen en vooral ook prachtige vogelfoto's. Veel plezier daar.
PS. Henk het VT heeft het inmiddels recht gezet. Met vlag en wimpel schreef hij. Dat is mooi man !
Zo te lezen is er voldoende te beleven daar beneden.
Ik hoop dat je niet te springerig wordt van al dat kangaroevlees.
Gr Huib
Hahaha je had ook eerst wat moeten bijbruinen onder de zonnebank hier hè ;)
Dat ik vrijwel niets van vogels weet blijkt wel uit dat ik dacht dat huismussen en spreeuwen typisch Nederlandse vogels zijn :$
Heb je nog genoeg foto ruimte? Want ik wil ook graag meer foto's zien en dan met name van jou en van je nieuwe coup.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}