erikkleyheeg.reismee.nl

Aussie IV - desert trip en verhuizing

Alsof het allemaal nog niet snel genoeg ging is mijn leven hier in Austalië in een soort stroomversnelling terecht gekomen. Er gebeurt zoveel dat ik nauwelijks kan geloven dat ik een week geleden nog maar net was aangekomen. Vandaag een verslag van de belangrijkste gebeurtenissen van de afgelopen dagen en vooral ook van de komende tijd.

Bureaucratie

Laat ik maar beginnen met de minder leuke dingen. Als de Engelsen in het verleden hier in Australië één ding goed geregeld hebben, is dat de bureaucratie. In het land van ‘no worries' moet je voor elke vinger die je uitsteekt zoveel aanvraagformulieren invullen dat je volledig gek zou worden als je je er wel ‘worries' over zou maken. Voor elk deel van het onderzoek dat wij hier willen gaan doen moeten we vergunningen aanvragen en toestemming krijgen. Zonde, want in al die tijd dat je daarmee bezig bent kun je nog niks doen voor je daadwerkelijke onderzoek. Behoorlijk frustrerend dus en we hopen maar dat we halverwege februari alles rond krijgen. Dan wordt het al krap qua tijdsplanning, want we willen graag metingen doen aan de Siberische Strandlopers vóórdat ze wegtrekken richting Siberië. Hopen maar dus dat dat gaat lukken...

Desert trip

Gelukkig is er licht in deze duisternis. Die duisternis moet je overigens niet al te letterlijk nemen, want het is hier overdag altijd een stuk lichter dan in Nederland. Hier begrijp je tenminste waar een zonnebril nuttig voor kan zijn! Maar ik heb het over nog meer licht, en nog hogere termperaturen dan de 32 graden van vandaag. Ik ga namelijk mee op de desert trip waar ik het laatst over had! Samen met 3 anderen trek ik aanstaande woensdag voor 3 weken de woestijn in om in tijdelijke moerassen eenden te gaan vangen die worden uitgerust met satellietzenders. Voor de nieuwsgierigen onder ons: op google maps kan je Roxby Downs vinden, een mijnstadje in de woestijn in South Australia. Daar in de buurt zullen wij gaan verblijven en voornamelijk in de sewage ponds, die rare rechthoekige plassen net ten westen van het stadje, eenden gaan vangen. De kooien staan er al en als het goed is wordt er ook regelmatig gevoerd in die kooien, dus hopelijk is het voor ons een kwestie van de kooien vangklaar maken en gaat het nu beter dan in Estland (zie voorgaande reisverhalen op deze weblog). Het was wel even een dilemma, want 3 weken weggaan in deze belangrijke voorbereidingsfase van mijn eigen onderzoek is eigenlijk niet erg praktisch. Gelukkig vond Marcel het wel zo'n bijzondere kans op een zowel persoonlijke als educatieve geweldige ervaring, dat we besloten dat ik het maar moest doen. Een kwestie van extra hard werken als ik terug kom ter compensatie van mijn afwezigheid.

Wat dat echter wel betekent, is dat ik vanaf woensdag 3 weken lang geen toegang meer heb tot internet. Dat betekent dus ook dat ik 3 weken lang geen verhalen kan plaatsen (wie hoorde ik daar zuchten van opluchting?!). Ik heb goede hoop dat ik dat nadat ik terug ben ruimschoots kan compenseren met mooie foto's! En verhalen...

Verhuizen

Maar nog voordat ik woensdag op de desert trip ga, ga ik nog snel even verhuizen! Ik zit nu nog op de campus, wat mij op zich prima bevalt maar wel stikduur is. Bovendien is het nu zomervakantie en komen over een week alle studenten weer terug naar de campus. Dat betekent dat het gedaan is met de rust hier. Alles in overweging genomen leek het mij verstandiger om te gaan verhuizen. Afgelopen woensdag heb ik een aantal huizen in de omgeving bezocht waar kamers vrij waren, maar dat kon mij nog niet erg overtuigen van mijn beslissing om te verhuizen. Ik had donderdag net de knoop door gehakt dat ik het toch maar moest doen toen mijn huisgenoot en vogelende Ierse vriend John mijn kantoortje binnen kwam om te vertellen dat hij misschien een mooie kamer had en dat ik maar moest bellen naar de eigenares. Ik heb direct de orders opgevolgd en zodoende stond ik om 18.00 uur weer bij een anders huis voor de stoep. Een groot huis, slechts 3 medebewoners (in tegenstelling tot 7 in die andere huizen), van alle gemakken voorzien (zelfs een vaatwasser!) en de eigenares was ontzettend vriendelijk. 'You're a friend of John', dus ik kreeg meteen de sleutels mee zonder te hebben betaald maar met simpelweg de toezegging dat ik komend weekend zal verhuizen. Is het nou echt zoveel beter? Ja, in meerdere opzichten. Ik zal hier geen prijzen gaan noemen maar laat ik het daarbij houden dat ik zonder er op luxe op achteruit te gaan op deze manier mijn vlucht ‘terugverdien'. Toch fijn, zo'n financiële meevaller als je alles uit eigen zak moet betalen en geen stagevergoeding krijgt. Bovendien hoef ik de straat maar over te steken en ik ben op de campus, dus mijn reistijd is ook niet bepaald veel langer geworden.

Vogels en foto's

De afgelopen dagen heb ik regelmatig met John een rondje over de campus gelopen na het avondeten, op zoek naar vogels. Na een paar dagen heb je eigenlijk alle vogelsoorten die hier op de campus leven wel een keer gezien, maar we hebben een manier ontdekt hoe we toch weer elke keer een nieuwe soort kunnen vinden. Zodra we hardop zeggen dat we alles hebben gezien, duikt er namelijk onherroepelijk weer een nieuwe soort op. Zo liepen we woensdag ineens tegen een paartje Yellow-tailed Black-Cockatoos op, een soort die we nog niet eerder op de campus hadden gezien. Ook vonden we twee soorten die helemaal nieuw waren voor mij, namelijk de Grey Currawong en de Collared Sparrowhawk. De eerste lijkt wat op een kraai, maar eigenlijk heel anders, de tweede is heel iets anders dan een Sperwer, maar lijkt er wel heel erg veel op. Van beide soorten staan inmiddels foto's op mijn pbase-site. Overigens vlogen er woensdag ook heel veel White-throated Needletails boven de campus, dus speciaal voor Peter heb ik een vaag bewijsplaatje gemaakt. Om al mijn fans tevreden te houden heb ik me er ook maar toe aangezet om een paar foto's van mezelf te maken, dus Daantje... dat is nou mijn nieuwe kapsel (er blijft alleen niet echt genoeg over om me tegen de zon te beschermen hier). Morgen ga ik voor de desert trip een echte Australische outback-/cowboyhoed kopen!

Verder stormt het op dit moment dus ik heb alle tijd om een paar foto's te verkleinen en te uploaden. Tot de blijdschap van de velen van jullie die al dagen smeken om wat meer foto's. Voor nu: tot over een paar dagen vanaf een andere locatie!

Aussie III - Wind, regen en gangurrus

Bedankt!

Ten eerste wil ik eenieder bedanken die op welke manier ook heeft gereageerd op mijn eerste twee reisverhalen. Ik vind het erg leuk om wat van jullie te horen en het is een fijne stimulans om tijd en energie te steken in de volgende verhalen. Ik weet dat ik moet uitkijken om niet te vaak enorme lappen tekst te schrijven (en te plaatsen) omdat de interesse dan ongetwijfeld snel afneemt, maar ik zal mijn best doen om toch met enige regelmaat wat te plaatsen. Overigens heb ik het nu doordeweeks toch te druk met allemaal zaken die nauwelijks interessant zijn voor de Nederlandse lezer, dus het zal de komende dagen wel weer even wat rustiger worden.

Regen en wind

Zoals voorspeld zouden regen en wind de zondag in het water doen vallen. Nou is dat allemaal niet zo dramatisch als het lijkt, want ondanks de diverse buien die we gehad hebben en de harde wind die aan zee stond, hebben we behoorlijk wat tijd buiten doorgebracht. En over het algemeen zijn we nog redelijk droog gebleven ook! 's Ochtends ging ik met Marcel en Richtje een stukje wandelen in een duin- en (droog) moerasgebiedje langs de kust ten oosten van Torquay, waar Marcel nog net niet had gegarandeerd dat ik Yellow-tailed Black Cockatoos zou zien (maar ze moesten er zeker zitten!). Uiteraard zagen we die niet, maar desondanks was het een leuk wandelingetje. Het begon er al mee dat Marcel en ik aan het einde van het ribkartonnen gravelpad waar je de auto kunt parkeren tussen de struiken door naar twee kleine parkietachtige vogeltjes aan gingen die zich (te) kort hadden laten zien. Helaas speelden die twee pestkoppen een spelletje met ons en ze lieten zich niet uitdagen zich wat beter te laten zien. Waarschijnlijk Blue-winged Parrot en zéker een nieuwe soort voor mij, maar ik vrees dat ik het een andere keer nog eens moet proberen.

Duizenden pijlstormvogels

Vanaf de parkeerplaats liep er een lang voetpad richting het strand. Aan het einde daarvan was het verbazingwekkend druk met surfers, hoewel dat eigenlijk geen verrassing was: het waaide zo hard dat er prachtige golven stonden om te surfen. Door diezelfde wind schrok ik toen ik met mijn verrekijker over zee keek. Had ik enkele dagen terug nog over zee gekeken en geen veer gezien, nu wemelde het van de oostelijke tot aan de westelijke horizon van de pijlstormvogels. Werkelijk duizenden vogels vlogen er nu boven zee! Helaas zijn pijlstormvogels met een telescoop soms al lastig te determineren, met alleen een verrekijker was het ondoenlijk. Desondanks was het een prachtig gezicht en biedt het hoop voor de toekomst. Eén keer raden wie ervoor zorgt dat ie bij de volgende storm mét een telescoop aan zee zit... Overigens vlogen Australische Jan-van-genten en Grote Kuifsterns wel dicht genoeg langs het strand om mooi te kunnen bekijken.

Nieuwe vogelsoorten

Een stukje verderop langs het strand mondde een klein riviertje uit in zee en we besloten hier snel even te gaan kijken of er nog steltlopertjes te vinden waren. Uiteindelijk word ik geacht hier onderzoek te doen aan steltlopers... Het eerste vogeltje dat we tegenkwamen was een hele speciale: de Hooded Plover. Dit is een van de meest bedreigde vogelsoorten van Australië omdat er steeds meer mensen voor recreatie naar de stranden toe gaan waar de vogels broeden. Dat leidt tot zoveel verstoring dat het broedsucces van deze soort erg laag is. Zonde, want het is een schitterende vogel met een pikzwarte kop, een rode snavel en een rood oogringetje. Bovendien voor mij natuurlijk een nieuwe soort! Even later zagen we ook nog een groepje van de veel algemenere Red-capped Plover, die een mooie oranje kruin heeft zoals de naam al doet vermoeden. Na de Hooded Plover zag ik zondag nog 3 andere soorten die nieuw voor mij waren. Ondanks de wind en de regen besloot ik in de namiddag nog een stukje te gaan lopen naar het strand en door de duinen. Ik was nog niet lang weg toen ik ineens het gekrijs van kaketoes hoorde en ik een paar hele grote zwarte vogels aan zag komen vliegen met een onwaarschijnlijk trage vleugelslag. Ik wist direct dat dit een goedmakertje was voor vanochtend: Yellow-tailed Black Cockatoos! Er kwamen wel 20 van deze majestueuze vogels langsvliegen, hoewel het geluid dat ze produceren niet bepaald aangenaam is. Een prachtige soort die alleen maar in Australië voorkomt en behalve gele staartvensters ook gele wangen heeft. De twee andere soorten zouden voor niet-vogelaars wellicht minder indrukwekkend geweest zijn, maar voor mij minstens net zo bijzonder. Op een kort gemaaid grasveldje vond ik een familie White-fronted Chats, een soort kruising tussen een Tapuit en een Witte Kwikstaart. Vooral de mannetjes hebben een opvallende zwart-witte tekening. Zwart met wit was ook de laatste nieuwe soort van de dag. Een groepje White-throated Needletails, een soort gierzwaluwen, vloog over Torquay. Deze soort uit Centraal Azië en Siberië overwintert hier in Australië. Zo was zondag op vogelgebied ondanks de weersomstandigheden weer een productieve dag.

Spelling

De oplettende lezer zal hebben gezien dat ik in de commentaren op mijn verhalen subtiel word geattendeerd op wat schrijffouten. Mea culpa, natuurlijk hoort stewardess met twee ss-en. En wat die springende buideldieren betreft, dat vind ik maar verwarrend. Ja, het is in het Nederlands eigenlijk Kangoeroe, maar in het Engels is het weer Kangaroo. Kijken we naar de oorsprong van het woord, dan komt het waarschijnlijk van een woord dat Australische Aboriginals gebruikten: gangurru. Nou vooruit, dan zitten wij als Nederlanders fonetisch toch dichter bij de oorsprong.

Gangurrus

Nu ik het toch heb over koenga.. kangoegaa, kanfoutga.. kangoeroes, zondagavond nam Marcel mij en de family mee naar dezelfde plek ten oosten van Torquay waar we 's ochtends nog onder andere de Hooded Plover hadden gezien. Dat is namelijk een van de beste plekken in de omgeving om 's avonds kangoeroes te zien, want overdag houden die zich doorgaans schuil. Ik had ze tijdens de eerste dagen van mijn verblijf dus ook nog niet gezien. Met de 6-jarige Puck op mijn schouders zodat ze over de struiken heen kon kijken, zag ik al snel de kop van m'n eerste kangoeroe van de trip boven het gras uit steken. Hij had ons ook gauw door en skippiede (voor de ‘die hard-alfabeten'!) er snel vandoor. Even verderop stond een familie kangoeroes van de grootste soort die hier voorkomt: de Eastern Grey Kangaroo. Een neefje van de bekendere Red Kangaroo die meer in de droge gebieden voorkomt. Het was duidelijk een paartje (het mannetje was enorm!) met twee jongen en ze lieten ons dichtbij komen voordat ook zij het hazenpad kozen (wat klopt hier niet?). Helaas konden we niet langer blijven, want het waaide nog steeds erg hard en koelde nu snel af. Bovendien kwam de volgende regenbui er alweer aan.

Pbase

Uiteindelijk wil ik niet onvermeld laten dat ik weer een aantal vogelfoto's heb geplaats op mijn pbase-site (www.pbase.com/kleyheeg). De Purperkoet mag dan op een betonnen paadje lopen (niet bepaald de habitat die je verwacht) en de Australian Magpie mag dan één van de (als niet dé) algemeenste vogelsoorten van Australië zijn, ik was er toch niet bepaald ontevreden over. Oordeel zelf!

Aussie II - campusleven en huisvesting

16 januari - Het is zaterdagavond. Dat betekent dat ik nu 4 dagen in Australië ben. De tijd gaat zo snel dat ik me bijna niet kan voorstellen dat ik er al zolang ben. Aan de andere kant is er al zoveel gebeurd en heb ik al zoveel nieuwe indrukken opgedaan dat het voelt alsof ik hier al minstens een maand ben. Ik heb jullie echter nog niet eens beschreven hoe de campus eruit ziet. Het is dus duidelijk dat ik er echt nog niet zo lang ben.

Waurn Ponds Campus - vervolg

Mijn vorige verhaal eindigde bij het kleine kamertje, nummer 014 op de derde etage van de Collins unit. Inmiddels ben ik erachter dat het formaat van de kamer best meevalt en er goed in te leven is. Uiteindelijk hoef ik er alleen maar in te slapen en wat achter mijn bureau kunnen werken. De rest van de tijd zit ik in de gemeenschappelijke ruimte, die ik voornamelijk deel met mijn buurman John uit Ierland, Bill uit Rusland, Ebana uit Gana en een jongen uit India van wie ik de naam niet kan onthouden. Een gezellig en gevarieerd gezelschap dus, zeker als je deze Nederlander daar nog bij optelt. John is net gestart met een PhD project bij David Roshier in dezelfde onderzoeksgroep als waar ik zit en deelt mijn passie voor vogels en fotografie. Een mooie match dus en we zijn er al 2 keer na het eten opuit geweest om vogels te kijken en te fotograferen. De eerste resultaten staan, zoals jullie allemaal ongetwijfeld allang gezien hebben, op www.pbase.com/kleyheeg.

Wijnen in koude streken

Naast het wonen moet ik natuurlijk ook werken op de campus. Nadat Marcel mij woensdag een rondleiding had gegeven over de campus, ben ik donderdag aan de slag gegaan in ons kantoortje. Vanwege een renovatie van de normale kantoorruimtes zijn wij momenteel gehuisvest in de voormalige ‘winery', waar voorheen onderzoek werd gedaan naar de productie van wijn in koude streken. Gelukkig voor ons is dit project finaal mislukt en kunnen wij nu deze ruimte gebruiken. De ruimte is weinig meer dan een enorme loods met daarin een klein rustig kantoortje waar prima te werken valt. Voor de toekomstplannen van de onderzoeksgroep zou het geweldig zijn als we deze ruimte permanent zouden kunnen gebruiken. We hebben namelijk een hele hoop materiaal ergens neer te zetten, zoals de gloednieuwe jeep met enorme laadruimte die David Roshier eergisteren voor zijn project heeft aangeschaft. Een prachtige wagen die erg geschikt is voor een ritje de woestijn in. Echt op z'n Australisch, je zou ‘m moeten zien...

Resi-shopping en verhuizen

Wat mijn kamer betreft kreeg ik gisteren te horen dat er na de zomervakantie, die hier duurt tot 1 februari, voor 90% eerstejaars studenten zullen verblijven in ‘mijn' gebouw. Kasia Quail, met wie ik vanuit Nederland al contact had over mijn huisvesting, veronderstelde dat ik me daar waarschijnlijk verschrikkelijk aan zou gaan ergeren (hoe wist ze dat?!). Om dat te voorkomen stelde ze voor dat ik aan het einde van de maand verhuis naar een ander gebouw met allemaal ‘ouderejaars', zoals we dat noemen. Een prima idee wat mij betreft, ik zou er zelfs qua ruimte op vooruit gaan. Zo voorkom ik hopelijk bovendien het hier beruchte ‘resi-shopping' (resi van residences, de bewoners van een studentengebouw). Resi-shopping houdt in dat andere studenten in de keuken gaan zoeken naar spullen die ze kunnen gebruiken, maar die niet van hun zijn, om die vervolgens te jatten. Mijn buurman John is de afgelopen dagen al diverse dingen kwijt geraakt op die manier. Het is zelfs zo dat je het beste een slotje kunt zetten op je keukenkastje. Marcel kaartte overigens nog aan dat ik waarschijnlijk veel goedkoper een kamer kan krijgen in de buurt van de campus (maar er niet op), zodat ik wat geld overhoud voor andere dingen. Het is de overweging waard.

Vogels op de campus

Het onderwerp vogels is iets dat onvermijdelijk terugkomt in mijn reisverhalen. Voor hen die daarin minder geïnteresseerd zijn zet ik het onder een apart kopje, zodat jullie het desgewenst makkelijk kunnen overslaan. Vogels op de campus dus deze keer, want waar ik ook ben, er zijn altijd vogels die de moeite waard zijn om te bekijken. De Waurn Ponds Campus is een behoorlijk uitgestrekt gebied met veel groen, dus er zijn behoorlijk veel vogels te zien. Zoals ik al eerder schreef heb ik met John al twee keer na het avondeten een rondje gelopen over de campus op zoek naar vogels. De naam Waurn Ponds geeft al aan dat er water is op de campus en dat trekt in een droog land als Australië natuurlijk veel vogels aan. Inmiddels staat mijn ‘campuslijst' boven de 30 verschillende soorten. De Superb Fairywrens die voor mij enkele dagen terug nog nieuw waren, zijn hier alom vertegenwoordigd en ik wacht mijn kans af tot ik er een mooie foto van kan maken. Wat echter nog veel algemener is, is de New Holland Honeyeater, een prachtig klein vogeltje met een zwart-witte tekening en een gele band over de vleugel. Deze vrij luidruchtige en agressieve vogels zie je werkelijk overal op de campus, soms achterna gezeten door de veel grotere en nog agressievere Red Wattlebirds. Op het water van de Waurn Ponds zitten Wood Ducks en Pacific Black Ducks, langs de waterkant lopen Australian Ibises, Little Black and Little Pied Cormorants, White-faced Herons en ga zo maar door. Overal tussen de gebouwen lopen Australian Magpies, Willie Wagtails en Magpie-Larks op het gras. Wat echter de meest interessante plek is, zijn de ponds helemaal achterop de campus, omdat daar bijna nooit iemand komt. Hier broeden bijvoorbeeld Australian Grebes, een soort Dodaarsjes (futen), open en bloot op een hoopje takjes en waterplanten op het water en vinden veel meer andere vogels een rustig plekje. Het was ook hier dat we een Horsefields Bronze Cuckoo tegenkwamen, een soort koekoek, maar dan van het formaat Spreeuw. Spreeuwen zijn er overigens ook in overvloed, net als Huismussen, Putters en Groenlingen. De meest aansprekende vogels op de campus zijn waarschijnlijk de papegaai-achtigen. Galahs, ofwel Roze Kaketoes, zijn met hun onwerkelijke kleur een bijzonder gezicht, maar desondanks een van de meest algemene soorten op deze plek. Leuker zijn bijvoorbeeld de Eastern Rosellas, die veel kleurrijker zijn dan de Galahs. Wat ik zelf echter het leukst vond waren de Purple-crowned Lorikeets, maar dat is vooral omdat ik die nog nooit eerder had gezien. Deze groene parkietjes met een rode ondervleugel en voorhoofd, oranje wang en paarse kruin zijn erg lastig te zien omdat ze meestal op een ongelofelijke snelheid overvliegen en zodra ze in de bomen zitten - altijd in het uiterste topje - kan je ze niet meer vinden omdat ze zo groen zijn. Gelukkig lukte dat één keer wél, en dat was genoeg om de soort vast te stellen.

Marcel officieel Australiër

Het was vandaag zaterdag, de eerste dag van mijn eerste weekend hier. Marcel belde me vanochtend op om te vragen of ik het leuk vond als hij me zou komen ophalen. Dan zouden we daarna met zijn allen een barbecue gaan kopen. Dat vond ik een zeer aantrekkelijk aanbod, dus ik ben met Marcel, Richtje en twee van de kids een barbecue gaan uitzoeken. Het is een hele mooie geworden en toen Marcel en ik hem 's middags samen hadden opgebouwd kon Marcel zich eindelijk officieel tot het barbecuevolk, ofwel de Australiërs voegen. Geen Australiër zonder barbecue is hier de regel en het monsterlijke apparaat werd direct ingewijd met een heerlijk stuk kangaroe. Heerlijk vlees! Hadden we afgelopen woensdag nog bij David en zijn van oorsprong Nederlandse vrouw gebarbecued, nu was het aan de familie Klaassen om de rollen om te draaien. Zo gezegd, zo gedaan en het werd weer een bijzonder gezellige avond met prachtige verhalen over de extreme temperatuursverschillen in deze streek, overleven in de woestijn en dergelijke. Uiteraard onder het genot van een biertje en een wijntje. Het duurde niet lang voordat ik voor de tweede keer in een paar dagen werd uitgenodigd om mee te gaan de woestijn in om eenden te gaan vangen (die daar in tijdelijke wetlands zitten). De opties voor deze uitstekende kans op een onvergetelijke ervaring worden in overweging genomen. To be continued!

Hier en nu

Vannacht maak ik dus wederom gebruik van Marcels en Richtjes warme gastvrijheid door te blijven slapen in Torquay. De weersverwachting is niet erg positief voor morgen, dus ik weet nog niet wat er op de planning staat. Niet dat het erg is dat er morgen weinig zon zou zijn, want ik ben vandaag op het strand voor het eerst licht aangebrand. Vooral mijn wangen zijn zo rood als tomaten en ondanks dat ik hem had ingesmeerd met zonnebrandcrème is mijn nek ook aan de beurt geweest vandaag. Maarja, dat was niet bepaald een verrassing met het oog op mijn bleke Nederlandse winterhuidje.

Morgen

Wind, regen, zon, duizenden pijlstormvogels en veel meer: voor het volgende reisverhaal!

Aussie I - heenreis en eerste kennismaking

Meevallers

11 januari - De dag van vertrek begon met een meevaller: ik hoefde niet door de bodyscan. Wel moest de handbagage door de scanner heen, maar nadat op Schiphol de schaar die nog in mijn etui zat eruit gefilterd was (ja Joris, zeg het maar) was dat op London Heathrow en Hongkong airport geen enkel probleem. Bij de laatste twee wist ik ook dat ik mijn schoenen bij voorbaat het beste uit kon doen, want die laten gegarandeerd het alarm afgaan (zo ook die eerste keer op Schiphol). Verder lag in Melbourne - waar verrassend genoeg mijn handbagage niet voor de vierde keer werd gecontroleerd - mijn 22,9 kg wegende tas (23 kg was maximum op deze vlucht) snel op de bagageband. Tot zover de dingen die meevielen.

Appelsap incident

Mijn totale reis bestond eigenlijk uit 3 vluchten: eerst van Amsterdam naar Londen, vervolgens vanuit Londen naar Hongkong en uiteindelijk daarvandaan naar Melbourne. Al met al kostte het ruim een etmaal om van Amsterdam in Melbourne te komen. Het eerste stukje is een ‘piece of cake', de andere twee zijn volwaardige bruilofttaarten. Helaas gebeurde het al op dat eerste korte stukje dat een vriendelijke stuwardes het bekertje appelsap dat was bestemd voor mijn buurvrouw door een motorisch missertje over mijn broek leeg kieperde. Ik zag het al voor me: een Australische douanebeambte die mij hoofdschuddend vertelt dat ik geen drank mag invoeren en ik daarom in m'n onderbroek verder moet. Gelukkig viel het mee; mijn broek droogde snel en als een vlek maar groot genoeg is herken je ‘m al niet eens meer als een vlek. Het ergste was waarchijnlijk nog dat de stuwardes er wel erg over in zat en duidelijk haar eigen werkdag verpest had. Vervolgens stond in Londen een verkeerd vliegtuig klaar en leverde het halen en klaarmaken van het goede toestel bijna twee uur vertraging op. Gelukkig zou ik na de stop in Hongkong met hetzelfde toestel verder vliegen, dus kon ik zeker geen aansluiting missen.

Jetlag

Twee bloederige (Inglorious Basterds en Public Enemies) en een mooie film (Australia, hoe toepasselijk), een paar uurtjes lichte slaap, een overvloed aan drankjes, snacks en maaltijden en een vragenlijstje later kwam ik even na 22.00 uur lokale tijd (12 januari) aan in Melbourne. Dankzij minimale grensbewaking deze keer - een paspoort en ingevuld vragenlijstje volstonden - en een snelle ‘baggage claim' kon ik snel op zoek naar mijn begeleider voor dit onderzoek, Marcel Klaassen, die mij zou komen ophalen van het vliegveld en al stond te wachten. Met de zuivere intentie om vervolgens op de bijrijderstoel te gaan zitten trok ik de rechterportier open van de indrukwekkend grote ‘Deakin University-4WD' . Marcel keek al geamuseerd bij deze eerste misser van mij in deze meer linksgeoriënteerde voormalige kolonie van Engeland. Maargoed, nadat ik het rijden toch maar aan Marcel had overgelaten moesten we nog zo'n anderhalf uur rijden naar Torquay (spreek uit: Torkie) waar Marcel woont met zijn gezin. Hij had me uitgenodigd om deze eerste nacht bij hem thuis te slapen, zodat we geen gedoe hadden met het ophalen van de sleutels van mijn kamer midden in de nacht. Voordat we uiteindelijk rond 02.00 uur gingen slapen legde Marcel me nog uit hoe je door een parkje naar het strand kon lopen, voor het geval ik vroeg wakker zou zijn door de jetlag. Of het nu door de jetlag kwam of door Marcel zijn verhaal over de leuke wandeling, of door de luid roepende Australian Magpies (soort eksters), om 6 uur werd het licht en ik was wakker en klaar voor een lekkere ochtendwandeling. Uiteindelijk bleek het overigens toch de jetlag te zijn, want de rest van de dag was ik bijzonder weinig waard.

Eerste vogels

Tijdens mijn ochtendwandelingetje langs een dalletje waar een stroompje doorheen loopt dwars door Torquay kon ik natuurlijk de eerste vogels van de trip zien. Langs het paadje van ongeveer een kilometer lang dat naar het strand loopt, vond ik enkele interessante soorten als Spreeuw, Huismus, Merel... In de wijde omgeving van Melbourne zijn nog steeds de soorten te vinden die door Europese kolonisten naar Australië werden gebracht zodat ze zich meer ‘thuis' voelden tussen de hun bekende vogeltjes. Leuker maar eigenlijk net zo ‘nep' waren de Spotted Turtle-Doves, een soort tortelduiven die vanuit Azië zijn geïntroduceerd. Maar nu genoeg van deze degradatie van de geweldige avifauna van Australië! Soorten die ik me nog goed kon herinneren van onze eerste reis naar Australië lieten zich prachtig bekijken, zoals de Magpie-Lark, de Red Wattlebird en de Silver Gull. Deze hele algemene soorten werden in pracht overtroffen door de schitterende papegaai-achtigen zoals de Galah, de Sulphur-crested Cockatoo en de Crimson Rosella. Erg leuk vond ik ook de enkele Pacific Gulls die over het strand vlogen en in de duintjes vond ik mijn eerste nieuwe soort van deze reis, de Superb Fairywren (die naam alleen al is geweldig, superb!). Met de felblauwe vlekken op zijn kop, lange staart en drukke gedrag is het een opvallend vogeltje, dat lijkt op een geverfde kruising tussen een Staartmees en een Winterkoning. Wat heerlijk om weer in Australië te kunnen vogelen!

Waurn Ponds Campus

Na het ontbijt nam Marcel mij mee naar de plek waar het (bijna) allemaal gaat gebeuren: de Waurn Ponds Campus van de Deakin University. Eerst hebben we de sleutel van mijn kamer opgehaald en hebben de kamer meteen even bekeken. Mijn eerste indruk is dat het een heel klein hokje is, maar de ervaring zal uitwijzen hoe dat bevalt. De gezamenlijke ruimte zag er echter gezellig uit. Overigens was ik inmiddels al uitgenodigd om nog een nachtje te blijven slapen in Torquay, dus ik trek pas morgen 14 januari in in het kamertje. De rest houd ik nog even spannend en ik zal binnenkort vertellen hoe het verder is op de campus.

Wetstonia

Vandaag was een regenachtige dag in Estland. De afgelopen nacht heeft het bijna aan één stuk door geregend (heel hard) en overdag waren er ook nog perioden met regen. Jammer, want het was vandaag onze laatste dag in Estland. Omdat het veldwerk ergtegenviel hebben we besloten een dagje eerder de boel af te breken en alles in te pakken. Morgenochtend vroeg vertrekken we. Dat betekent dat we vandaag in de regen onze vangkooien moesten afbreken, maar gelukkig waarde het bijna niet (toch lastig om in zeemet hoge golven te werken). Drie van ons hadden een droogpak aan (soort duikpak), dus erg nat werden we niet. Twee anderen droegen alleen een waadbroek, die werden dus wel behoorlijk nat. Gelukkig waren we behoorlijk snel klaar en halverwege de middag zijn we begonnen ons busje in te pakken. Vanavond zijn we uit eten geweest in Pärnu, de dichtstbijzijnde grote stad.

Ik vind het jammer dat we weer vertrekken, want Estland is een geweldig mooi land en ik had graag nog wat meer gezien dan alleen de zuidwestelijke hoek. Aan de andere kant ben ik ook heel blij dat ik nu snel weer bij Jonne ben (die ik inmiddels een maand niet gezien heb) en we nog lekker twee weekjes samen vakantie kunnen vieren. Al met al is het nu gewoon een kwestie van even goed slapen en dan snel vertrekken. Als ik thuis ben zal ik nog een paar laatste foto's op mijn reislog zetten en ik zal ook op mijn website www.pbase.com/kleyheeg een serie foto's plaatsen van deze trip.

Tot in Nederland!

Groetjes, Erik

Weersomslag

Vannacht, of eigenlijk gisterenavond al, is het weer omgeslagen hier in Estland. Dat betekent dat er vannacht en vandaag overdag behoorlijk veel regen is gevallen en vanochtend waaide het behoorlijk. Onze kooien hebben wel enige schade opgelopen en ondanks dat het water nu weer een stuk is gestegen (dat wilden we graag) en de eenden veel meer in de buurt van de kooien zitten, wil het nog steeds niet vlotten met het vangen. We overwegen om een dag eerder naar huis te komen. Als er morgenochtend nog steeds geen eenden in de vallen zitten gaan we opruimen en dan vertrekken we vrijdagochtend weer richting Nederland. Jammer natuurlijk van het veldwerk, maar we hebben ontegenzeggelijk een geweldige tijd gehad hier in Estland!

Vanwege het weer zijn we vandaag niet veel buiten geweest en ik heb weinig te melden over leuke waarnemingen of andere spannende gebeurtenissen. Ik ben vooral hard aan het werk geweest om alvast een reisverslag te schrijven nu ik nog zeker weet dat ik niks vergeet.

Wat ik wel even wilde melden is dat Sjoerd ook een hele leuke fotoserie heeft geplaatst op internet. Deze kan je bekijken op: http://picasaweb.google.nl/sjoerdduijns. Hier staan veel foto's op van de vangkooien en het maken ervan, plaatjes van mensen aan het werk en ook van de natuurgebieden waar we geweest zijn. Zeer de moeite waard!

Groetjes, Erik

Inhaalslag

Het is alweer even geleden dat ik voor het laatst wat liet horen vanuit Estland. Tijd dus voor een inhaalslag!

Om eerlijk te zijn gaat de tijd hier zo snel dat ik even hard moet nadenken overwat we de afgelopen dagen ook alweer gedaan hebben. Op het gebied van het veldwerk kan ik vrij kort zijn, het loopt nog niet zo vlot. Eergisteren hebben we de eerste eend gesampled. Daar kan ik het maar het beste bij laten. Wat interessanter is, is al het andere wat hier in Estland te beleven is! Eergisteren zijn Nicole, Peter en ik 's middags na het veldwerk naar de Nigula bog geweest. Dit hoogveengebied ligt hemelsbreed nog geen 200 meter van ons verblijf vandaan, maar is door een strook bos aan het zicht onttrokken. Even verderop langs de weg begint een 'boardwalk'door het gebied heen, één van de beste uitvindingen van de Esten. Een boardwalk is een wandeling over een paadje van planken die ongeveer 20 cm boven de grond liggen. In zo'n hoogveengebied is dat wel nodig, want de bodem is daar natuurlijk volgezogen met water. Een bijkomend effect is dat je totaal niet de drang hebt om van het pad af het gebied in te lopen, waardoor het gebied in een hele pure staat blijft. Vanaf een uitkijktoren vlak voordat je de bog inloopt, kan je het gebied schitterend overzien. Wat een prachtig ecosysteem! Het doet misschien nog het meest denken aan een Afrikaanse savanne met veel gras (maar ook veel heide) en hier en daar een kort boompje dat duidelijk moeite heeft om te overleven. Als je wat beter kijkt lijkt het natuurlijk helemaal niet op een savanne, want de bomen zijn dennen en berken, de bodem is kletsnat en er lopen nergens olifanten of giraffes. In plaats daarvan heb je kans om elanden te zien, of bruine beren die van de veenbesjes eten. Helaas hadden wij dat geluk niet. In het voorjaar kan je ook nog broedende Kraanvogels, Korhoenders, Bosruiter en nog veel meer zien. Ook daarvoor waren we eigenlijk te laat. Desalniettemin is het een prachtig gebied en onvoorstelbaar dat dit zich nog in oorspronkelijke staat bevindt. Helemaal bijzonder is het om je te realiseren dat dit landschap het landschap was van Nederland ruim 1000 jaar geleden, voordat deze gebieden werden ontgonnen. Ik zal straks wat foto's plaatsen!

's Avonds hebben we in het enige restaurantje van Haademeeste gegeten waar ik het al eerder over had. Nu waren we wel op tijd en het eten was weer prima in orde. Een blik in de keuken leert dat dit restaurant werkgelegenheid biedt aan een groot percentage van de vrouwen van Haademeeste, leuk om dat zo te zien. Toen we uitgegeten waren zijn we afgegaan op de muziek die we al de hele avond hoorden en er bleek een soort dorpsfeest te zijn met live-muziek. Onvoorstelbaar hoe anders sommige dingen hier zijn dan in Nederland. Het hele dorp was uitgelopen voor dit feest, niemand was aan de alcohol (dat verbaasde ons) en op de dansvloer van het openluchttheater waren stelletjes uit alle leeftijdsgroepen aan het dansen. Toch leuk om op deze manier wat cultuur op te snuiven, hoewel we van alle kanten werden aangestaard door nieuwsgierige locale Esten.

Intussen hadden we in Nigula gezelschap gekregen van een Duits gezelschap van studenten met hun begeleiders (die laatsten sliepen ook in 'ons' huisje). Aangezien ons verblijf een soort centraal punt is waar lezingen kunnen worden gehouden en gegeten kan worden, was het dus gezellig druk. De professor die de groep leidde bleek een bekende bioloog die al meer dan 25 jaar onderzoek doet op Antarctica, dus die zat natuurlijk vol verhalen over onder anderehoe de KGB betrokken was (is!) bij het doen en laten van het Russische veldstation waar hij meestal verblijft. De studenten waren niet allemaal even gemotiveerd, maar wel onder de indruk van het land. In ieder geval was het wel leuk om weer eens contact te hebben met West-Europeanen, want die zijn iets gemakkelijker in de omgang dan de wat stuggeremensen uit Oost-Europese landen.

Gisteren hebben we voornamelijk besteed aan veldwerk. We vonden nog een nieuwe plek waar veel eenden zaten en hebben een vangconstructie verplaatst. Behalve eenden zaten hier ook veel andere leuke vogels. Zo zaten er volop Baardmannetjes, een soort mezen die heel gezellig met elkaar door het riet heen trekken, en we zagen twee keer een Roerdomp langsvliegen. De dag vloog voorbij en 's avonds hebben we weer bij het eerder genoemde restaurantje gegeten. Later op de avond in Nigula hebben we nog lang met het Duitse gezelschap aan tafen gezeten en hun Estse gids, die blijkbaar ook een nationaal bekende natuurfotograaf is, liet een serie zien van zijn mooiste natuurfoto's. Natuurlijk werd het weer te laat om de volgende ochtend uitgeslapen op te kunnen staan.

Vanochtend hebben we ons vaste ritueel weer afgewerkt. Eerst ontbijten, dan in de auto naar de veldwerkgebieden om de kooien te controleren en daarna maar zien wat we het beste kunnen doen. Aan het einde van de ochtend besloten Jacintha en Sjoerd in Nigula nog wat werk te verzetten en zijn Nicole, Peter en ik naar een natuurgebied gereden dat wat verder naar het noordoosten ligt, Soomaa National Park. Dit park bestaat ook voor het grootste deel uit een 'bog', hoogveen, maar wij hebben de meeste tijd gewandeld in een bos aan de rand van het gebied. Ondanks dat we compleet werden opgegeten door muggen was het een mooie wandeling door bossen die ouder en minder aangetast zijn dan elk stuk bos in Nederland. In de rivier die hier doorheen loopt, leven volop bevers, getuige de vele sporen die we vonden (omgeknaagde bomen) en ook in het bos zelf leeft allerlei wild. We vonden de pootafdruk van een das, zagen een paar eekhoorns en een Taigaboomkruiper was een nieuwe 'tripsoort'. Toen we het bos weer uit liepen vloog een prachtige Steenarend over ons heen, de tweede die ik ooit zag (eerste was in Schotland)! Het hoogveengebied was weer prachtig, hoewel iets dichter begroeid met bomen dan de Nigula bog. We hadden niet veel tijd meer om op deze bog te wandelen en zijn weer teruggegaan richting Haademeeste om de vangkooien te controleren. Toen we terugkwamen in Nigula had Jacintha het eten al klaar staan (luxe!) en op dit punt ben ik weer bij met mijn verslag!

Een samenvatting van de hoogtepunten op het gebied van waarnemingen: Wasbeerhond drinkend uit een plas op de weg, overstekende Vossen, Steenarend, Witrugspechten (vandaag 2x), Roerdomp, Grauwe Klauwieren met jongen, prachtige natuurgebieden... Het is nog steeds genieten hier!

Groetjes, Erik

Eerste regen

Zoals elke ochtend begonnen we vandaag met het controleren van de vangkooien. Omdat het resultaat nog tegenvalt hadden we gisteren al besloten dat we vandaag een extra kooi zouden bouwen. Zo gezegd, zo gedaan en aan het einde van de ochtend stond er een prachtige nieuwe kooi. Terwijl we vanaf de uitkijktoren in dat veldwerkgebied ons bouwwerk stonden te bewonderen bleken de donkere wolken toch echt vol te zitten met regen. Gelukkig heeft de toren meerdere verdiepingen en konden we droog staan. Het was de eerste regen die we zagen tot nu toe en het kon geen kwaad dat er wat neerslag zou vallen, want het waterpeil was overal al snel aan hetdalen. Toen de stevige bui weer voorbij was, liepen we snel terug naar de auto aangezien de volgende bui - met onweer - alweer in aantocht was. Vanaf dat moment was het afwachten tot de kooien resultaat opleverden en ondanks dat hadden we in de regen toch weinig zin om nog veel buiten te doen, dus we zijn teruggegaan naar Nigula. Onderweg was de regen zo hevig dat we maar zo'n 10 meter voor ons uit konden kijken, zo erg heb ik het overdag nog nooit meegemaakt! Gelukkig is er op de secundairewegen in Estland nauwelijks verkeer wat de kans op ongelukken verkleint, maar toch was het even spannend. Stel nou dat er vlak voor je een Eland de weg over zou steken (die kans is reëel in Estland)?Maargoed, zonder kleerscheuren of deuken in de auto kwamen we in het begin van de middag terug bij ons verblijf en hebben we de rest van de dag veel gekletst, foto's uitgewisseld, wat op de computer gewerkt en op de droge momenten even gevogeld in de tuin.

Op het gebied van vogels heb ik niet heel veel te melden, behalve dan dat we nog steeds de prachtige soorten zien die we de afgelopen dagen ook gezien hebben. Zeearenden veroorzaakten weer de nodige paniek onder de eenden, in het riet riep een Buidelmees, overal zitten Tapuiten en de groep Grote Zilverreigers in ons veldwerkgebied groeit met de dag. Steltlopers zijn volop aan het doortrekken en zitten veel op de zandbanken die droog komen te liggen door het dalende waterpijl (die zijn trouwens goed te vangen! Gisteren hadden we per ongeluk 4 Watersnippen te pakken... Nu zorgen we ervoor dat de kooien in relatief diep water staan zodat er geen steltlopers in kunnen lopen). Vanmiddag vonden we in de tuin een paar Braamsluipers, de nodige Grauwe Vliegenvangers en enkele Bonte Vliegenvangers. Leuk was een hele familie Grauwe Klauwieren en ook de Witrugspecht was weer aanwezig in dezelfde boom als gisteren. Nu, bij het vallen van de schemering, hoor je ook de Kraanvogels om je heen roepen. Die gaan op weg naar hun slaapplaatsen. Al met al is het nog steeds heerlijk om hier te vertoeven en je waant je compleet afgesloten van de buitenwereld. Wateen prachtige kans dat ik hierheen mee mocht!

De fotoserie van vandaag is eigenlijk gemaakt door Nicole en er zitten onder andere twee leuke groepsfoto's tussen. Vooral weer even gaan kijken dus! Ook Peter heeft op zijn weblog weer een verhaaltje geschreven over de afgelopen dagen. Dat kun je lezen op http://peterimwald.blogspot.com.

Morgen gaan we als het mee zit na het checken van de vallen wandelen in een natuurpark hier in de buurt. Lijkt me leuk! Er komen daar onder andere wolven, lynxen, beren, elanden en nog veel meer beesten voor. Ook aan vogels zou er veel te zien zijn... Binnenkort lezen jullie daar meer over!

Groetjes, Erik